bouwgigant

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  bouwgigant    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• bouw·gi·gant

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  bouw zn  en  gigant zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	bouwgigant	bouwgiganten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bouwgigant m

1. (bouwkunde) (economie) zeer groot bouwbedrijf

   ▸ Na mislukte onderhandelingen tussen schuldeisers en de Britse overheid valt vandaag het doek voor bouwbedrijf Carillion. De bouwgigant is goed voor 45.000 banen wereldwijd, waarvan 20.000 in Engeland.

   ▸ In de bouw wordt er ook naar gekeken. VolkerInfra, onderdeel van bouwgigant VolkerWessels, gebruikt de HoloLens om tekeningen op papier te vervangen. Het idee is dat iemand met een HoloLens op kan zien waar het betonijzer, bedoeld om beton te verstevigen, moet komen.

Gangbaarheid

• Het woord bouwgigant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.