Naar inhoud springen

doorstaan

Uit WikiWoordenboek
  • door·staan
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
doorstaan
doorstond
doorstaan
klasse 6 volledig

doorstaan

  1. overgankelijk ondanks moeilijkheden er nog goed voorstaan
    • Hij heeft de test doorstaan. 
     Deze mannen reageerden op doorstaan gevaar met landsknechtengelach en op komend gevaar met een teug uit een goed gevulde fles — de dood en de duivel mogen grijnzen wat ze willen als de wijn maar goed is. Zo is het altijd geweest in de oorlog...'[2]
  2. overgankelijk overleven.
    • Hij heeft twee oorlogen doorstaan. 
  • De toets doorstaan (kunnen)
alle antwoorden op vragen/problemen weten
  • De vuurproef doorstaan
je door moeilijkheden heen slaan en overwinnen
• Hij heeft met veel pijn en moeite de vuurproef van zijn eerste zelfstandige nachtdienst doorstaan. 
  • vervoeging van doorstaan: de stam met de uitgang -en, zonder ge- vanwege voorvoegsel (is gelijk aan de onbepaalde wijs)
vervoeging van: doorstaan…
verbogen vorm: doorstane

doorstaan

  1. voltooid deelwoord van doorstaan
99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[3]
  1. doorstaan op website: Etymologiebank.nl
  2. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Tussen rood en zwart” (2014), Uitgeverij Prometheus op Wikipedia, ISBN 9789044625691
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be