langoesten

Nederlands

Panulirus argus

Uitspraak

• Geluid:  langoesten    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• lan·goes·ten

Woordherkomst en -opbouw

•  langoest zn  met de uitgang -en

	enkelvoud	meervoud
naamwoord		langoesten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de langoesten mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord langoest
2. meervoudsvorm als officiële benaming (kreeftachtigen) een familie van kreeftachtigen (Palinuridae ) uit de klasse van de Malacostraca 

Hyperoniemen

• [2] tienpotigen, kreeftachtigen, geleedpotigen, dieren

Gangbaarheid

• Het woord langoesten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.