Naar inhoud springen

Jacob de Gheyn (II): verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
-afb, lf commons
 
(27 tussenliggende versies door 14 gebruikers niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
[[Afbeelding:Marnix_van_st._aldegonde.gif|thumb|Portret van Marnix van St. Aldegonde door Jacob de Gheyn (II)]]
[[Afbeelding:Hondius - Jacobus de Geyn Antwerp Pict et Sculpt p63.jpg|thumb|Portret van Jacob de Gheyn (II) door Hendrik Hondius I, 1610]]
[[Afbeelding:Portret van Filips van Marnix, heer van Sint-Aldegonde, op 59-jarige leeftijd, RP-P-OB-9957.jpg|thumb|Portret van Marnix van St. Aldegonde, gravure, 1599]]
[[Afbeelding:Gheyn-muisje.png|right|thumb|''Viermaal een muisje'' (tekening)]]
[[Afbeelding:Vier studies van een zieke muis, RP-T-1880-A-98.jpg|right|thumb|''Viermaal een muisje'' (tekening), Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België, Brussel]]


'''Jacob de Gheyn (II)''' ([[Antwerpen (stad)|Antwerpen]], ca. [[1565]] – [[Den Haag|'s-Gravenhage]], [[29 maart]] [[1629]]) was een Nederlands tekenaar en schilder, zoon van [[Jacob de Gheyn (I)]].
'''Jacob de Gheyn (II)''' ([[Antwerpen (stad)|Antwerpen]], ca. [[1565]] – [[Den Haag|'s-Gravenhage]], [[29 maart]] [[1629]]) was een [[Zuidelijke Nederlanden|Zuid-Nederlands]] tekenaar en schilder, zoon van [[Jacob de Gheyn (I)]].


==Biografie==
==Biografie==
[[Bestand:Ruben, Zoon van Jacob.jpg|links|miniatuur|''Ruben, Zoon van Jacob'', Universiteitsbibliotheek, Gent (prent in navolging van Karel van Mander)<ref>{{Citeer web|url=https://lib.ugent.be/viewer/archive.ugent.be:D1324CD0-78F2-11EA-9B8B-089BA936FAF6#?c=&m=&s=&cv=&xywh=-2577,-210,7817,4195|titel=Ruben, Zoon van Jacob|bezochtdatum=2020-10-02|werk=lib.ugent.be}}</ref>]]
Hij kreeg eerst een opleiding van zijn vader, maar vanaf 1585 ging hij in de leer bij [[Hendrick Goltzius]] te Haarlem. De Gheyn trouwde in april 1595 met Eva Stalparts van der Wielen, een dochter van een rijke familie uit Den Haag. De Gheyn woonde van 1596 tot 1602 in [[Leiden]] waar hij veel contact had met [[Hugo de Groot (rechtsgeleerde)|Hugo de Groot]] en andere grootheden aan de [[Universiteit Leiden|Leidse universiteit]]. Vanaf 1605 tot zijn dood in 1629 woonde de Gheyn in Den Haag. Hij werkte daar onder andere voor [[Maurits van Oranje|Prins Maurits]] en zijn opvolger [[Frederik Hendrik van Oranje|prins Frederik Hendrik]]. Zo liet Maurits een witte strijdhengst die in de [[Slag bij Nieuwpoort]] was buitgemaakt in 1603 door De Gheyn schilderen, aan de teugels gehouden door een stalknecht. Ook ontwierp De Gheyn de tuin voor Prins Maurits, met een namaakgrot.
Hij kreeg eerst een opleiding van zijn vader, maar vanaf 1585 ging hij in de leer bij [[Hendrick Goltzius]] te Haarlem. De Gheyn trouwde in april 1595 met Eva Stalpaert van der Wiele, een dochter uit een rijke familie uit Den Haag. De Gheyn woonde van 1596 tot 1602 in [[Leiden]], waar hij veel contact had met [[Hugo de Groot (rechtsgeleerde)|Hugo de Groot]] en andere geleerden aan de [[Universiteit Leiden|Leidse universiteit]]. Vanaf 1605 tot zijn dood in 1629 woonde De Gheyn in Den Haag. Hij werkte daar onder andere voor prins [[Maurits van Oranje|Maurits]] en zijn opvolger prins [[Frederik Hendrik van Oranje|Frederik Hendrik]]. Zo liet Maurits een witte strijdhengst die in de [[Slag bij Nieuwpoort]] was buitgemaakt in 1603 door De Gheyn schilderen, aan de teugels gehouden door een stalknecht. Ook ontwierp De Gheyn een tuin voor prins Maurits, met een namaakgrot.


De Gheyn maakte ook een getekend portret van [[Filips van Marnix van Sint-Aldegonde]], waarschijnlijk tussen februari en december 1598. Dit portret werd omgezet in een gravure en diende waarschijnlijk als voorbeeld voor alle latere portretten.
De Gheyn maakte ook een getekend portret van [[Filips van Marnix van Sint-Aldegonde]], waarschijnlijk tussen februari en december 1598. Dit portret werd omgezet in een gravure en diende waarschijnlijk als voorbeeld voor alle latere portretten.


Samen met Goltzius tekende De Gheyn een van de eerste vrouwelijke naakten in de Nederlandse kunst. Hij schilderde ook het vroegste [[Vanitas]] [[stilleven]] van Europa en maakte ook vroege bloemenschilderijen. In 1606 kreeg hij opdracht van de Staten-Generaal om voor het enorme bedrag van zeshonderd gulden een bloemstilleven te schilderen voor [[Maria de' Medici]].
Samen met Goltzius tekende De Gheyn een van de eerste vrouwelijke naakten in de Nederlandse kunst. Hij schilderde ook het vroegste [[vanitas]][[stilleven]] van Europa en maakte ook bloemenschilderijen. In 1606 kreeg hij opdracht van de [[Staten-Generaal van de Nederlanden|Staten-Generaal]] om voor het enorme bedrag van zeshonderd gulden een bloemstilleven te schilderen voor [[Maria de' Medici]]. Dit schilderij is echter verloren gegaan. Een jaar later bracht hij een exercitiehandboek uit voor het Staatse leger, de ''Wapenhandelinghe, van Roers Musquetten ende Spiessen''.
Dit schilderij is echter verloren gegaan.


Er zijn meer dan 1500 tekeningen van De Gheyn bekend. Met al zijn werk gaf hij vorm aan de overgang van het [[maniërisme]] naar het [[naturalisme (kunst)|naturalisme]] van de 17e eeuw.
Er zijn meer dan 1500 tekeningen van De Gheyn bekend. Met al zijn werk gaf hij vorm aan de overgang van het [[maniërisme]] naar het [[naturalisme (schilderkunst)|naturalisme]] van de 17e eeuw.


De zoon van De Gheyn, [[Jacob de Gheyn (III)]], werd een belangrijke navolger van zijn vader, waardoor het werk van beiden moeilijk van elkaar te onderscheiden is.
De zoon van De Gheyn, [[Jacob de Gheyn (III)]], werd een belangrijke navolger van zijn vader, waardoor het werk van beiden moeilijk van elkaar te onderscheiden is.


Tekeningen van de De Gheyn dynastie kwamen terecht in de Belgische [[kunstverzameling]] van de familie de Grez, de zogenaamde [[Collectie de Grez]]. De gehele collectie werd in 1914 geschonken aan het Brusselse [[Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België|Museum voor Schone Kunsten]].
Tekeningen van de De Gheyn dynastie kwamen terecht in de Belgische [[kunstverzameling]] van de familie De Grez, de zogenaamde [[Collectie de Grez]]. De gehele collectie werd in 1914 geschonken aan het Brusselse [[Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België|Museum voor Schone Kunsten]].

{{Commonscat|Jacob de Gheyn (II)}}


{{Commonscat|Jacob de Gheyn (II)}}{{Appendix}}
{{Bibliografische informatie}}
{{DEFAULTSORT:Gheyn, Jacob 2}}
{{DEFAULTSORT:Gheyn, Jacob 2}}
[[Categorie:Zuid-Nederlands kunstschilder (voor 1830)]]
[[Categorie:Zuid-Nederlands kunstschilder (voor 1830)]]
[[Categorie:Persoon in de Nederlanden in de 16e eeuw]]

[[Categorie:Persoon in de Nederlanden in de 17e eeuw]]
[[br:Jacques de Gheyn II]]
[[Categorie:16e-eeuws schilder]]
[[de:Jakob de Gheyn II.]]
[[Categorie:17e-eeuws schilder]]
[[en:Jacob de Gheyn II]]
[[es:Jacob de Gheyn II]]
[[fr:Jacques de Gheyn le jeune]]
[[it:Jacob de Gheyn]]
[[pl:Jacob de Gheyn II]]

Huidige versie van 25 nov 2023 om 22:34

Portret van Jacob de Gheyn (II) door Hendrik Hondius I, 1610
Portret van Marnix van St. Aldegonde, gravure, 1599
Viermaal een muisje (tekening), Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België, Brussel

Jacob de Gheyn (II) (Antwerpen, ca. 1565's-Gravenhage, 29 maart 1629) was een Zuid-Nederlands tekenaar en schilder, zoon van Jacob de Gheyn (I).

Ruben, Zoon van Jacob, Universiteitsbibliotheek, Gent (prent in navolging van Karel van Mander)[1]

Hij kreeg eerst een opleiding van zijn vader, maar vanaf 1585 ging hij in de leer bij Hendrick Goltzius te Haarlem. De Gheyn trouwde in april 1595 met Eva Stalpaert van der Wiele, een dochter uit een rijke familie uit Den Haag. De Gheyn woonde van 1596 tot 1602 in Leiden, waar hij veel contact had met Hugo de Groot en andere geleerden aan de Leidse universiteit. Vanaf 1605 tot zijn dood in 1629 woonde De Gheyn in Den Haag. Hij werkte daar onder andere voor prins Maurits en zijn opvolger prins Frederik Hendrik. Zo liet Maurits een witte strijdhengst die in de Slag bij Nieuwpoort was buitgemaakt in 1603 door De Gheyn schilderen, aan de teugels gehouden door een stalknecht. Ook ontwierp De Gheyn een tuin voor prins Maurits, met een namaakgrot.

De Gheyn maakte ook een getekend portret van Filips van Marnix van Sint-Aldegonde, waarschijnlijk tussen februari en december 1598. Dit portret werd omgezet in een gravure en diende waarschijnlijk als voorbeeld voor alle latere portretten.

Samen met Goltzius tekende De Gheyn een van de eerste vrouwelijke naakten in de Nederlandse kunst. Hij schilderde ook het vroegste vanitasstilleven van Europa en maakte ook bloemenschilderijen. In 1606 kreeg hij opdracht van de Staten-Generaal om voor het enorme bedrag van zeshonderd gulden een bloemstilleven te schilderen voor Maria de' Medici. Dit schilderij is echter verloren gegaan. Een jaar later bracht hij een exercitiehandboek uit voor het Staatse leger, de Wapenhandelinghe, van Roers Musquetten ende Spiessen.

Er zijn meer dan 1500 tekeningen van De Gheyn bekend. Met al zijn werk gaf hij vorm aan de overgang van het maniërisme naar het naturalisme van de 17e eeuw.

De zoon van De Gheyn, Jacob de Gheyn (III), werd een belangrijke navolger van zijn vader, waardoor het werk van beiden moeilijk van elkaar te onderscheiden is.

Tekeningen van de De Gheyn dynastie kwamen terecht in de Belgische kunstverzameling van de familie De Grez, de zogenaamde Collectie de Grez. De gehele collectie werd in 1914 geschonken aan het Brusselse Museum voor Schone Kunsten.

Zie de categorie Jacob de Gheyn (II) van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.