Phocus
Phocus (Oudgrieks: Φώκος, Phokos) is een personage uit de Griekse mythologie. Hij was een zoon van Aeacus, koning van Aegina, en van de Nereïde Psamathe.
Phocus was de lievelingszoon van Aeacus, en met name zijn fysieke overmacht tijdens sportwedstrijden was een grote bron van ergernis voor zijn halfbroers Telamon en Peleus, de zonen die Aeacus bij Endeïs had verwekt. Zij vreesden dan ook dat hun vader uitgerekend Phocus tot erfgenaam van zijn koninkrijk zou aanstellen, en, aangemoedigd door hun moeder, smeedden zij een plan om hun lastige concurrent uit de weg te ruimen. Ze daagden hem uit tot een vijfkamp, waarbij zij zogenaamd per ongeluk een stenen discus naar zijn hoofd slingerden. De jongen overleefde de aanslag niet, en zijn broers verborgen het lijk in een bosje, waar het niettemin door Aeacus werd gevonden.
Uit angst en wroeging vluchtten Telamon en Peleus weg uit Aegina. Aeacus verbood hen ooit nog één voet op het eiland te zetten. Peleus vestigde zich in Thessalië. Volgens Ovidius stuurde Phocus' moeder Psamathe daar uit wraak een monsterachtige wolf naartoe, die lelijk huis moest houden onder de kudden van Peleus. Eerst nadat Peleus ' bruid Thetis haar zuster Psamathe had kunnen verzoenen, was deze bereid het boosaardige monster definitief het zwijgen op te leggen door het in een steen te veranderen.
Stamboom
Referenties
- Ovidius, Metamorphosen XI, 346-406
- Robert Graves, The Greek myths, hfds. 81