Developmental coordination disorder
Developmental coordination disorder | ||||
---|---|---|---|---|
Coderingen | ||||
ICD-10 | F82 | |||
ICD-9 | 315.4 | |||
|
Developmental coordination disorder (DCD) of dyspraxie[1] is een motorische ontwikkelingsstoornis die leidt tot problemen bij het plannen en coördineren van motorische handelingen. Het is een stoornis bij het correct verwerken van informatie door de hersenen. Vaak gaat DCD samen met problemen met de spraak, taal, waarnemen, denken en gevoelige tastzin. Dyspraxie en DCD worden vaak door elkaar gebruikt; het verschil zit in de leeftijd waarop de problemen ontstaan. Dyspraxie kan ook op oudere leeftijd ontstaan, bijvoorbeeld door hersenschade[1].
Verondersteld wordt dat DCD veroorzaakt wordt door onvolgroeidheid of vertraging in de ontwikkeling van neuronen en bij ongeveer 2% van de bevolking zichtbaar is. In het DSM-IV is de aandoening ingedeeld bij de ontwikkelingsstoornissen (315.4).
Kenmerken van developmental coordination disorder
[bewerken | brontekst bewerken]- Onhandigheid
- Het niet automatiseren van motorische handelingen
- Slechte houding
- Moeite met organiseren en structureren van bijvoorbeeld schoolspullen, huiswerk, en de eigen gedachtegang
- Onhandig/lomp/langzaam lopen en/of rennen
- Verwarring over welke hand moet worden gebruikt
- Moeilijkheden met het gooien en vangen van een bal
- Gevoelige tastzin
- Last hebben van tics
- Minder goed kortetermijngeheugen. Het vergeten van wat de vorige dag is geleerd
- Pover bewustzijn van het eigen lichaam
- Problemen met lezen en schrijven
- Een pen niet goed kunnen vasthouden, met slordig schrift en eventueel pijn tijdens het schrijven als gevolg
- Langzaam schrijven
- Slecht richtingsgevoel
- Niet kunnen huppelen, hinkelen of fietsen
- Langzaam leren zichzelf aan te kleden of zelf te eten
- Spraakproblemen, laat leren praten of onsamenhangend praten
- Moeite met het gebruik van bestek en/of koken
- Aversie hebben tegen zaken zoals haar borstelen, tandenpoetsen, of haren en/of nagels knippen enzovoort
- Moeite met oriënteren op onbekende plaatsen of om de weg er te vinden
- Moeite met links en rechts uit elkaar houden
- Slecht tot geen ruimtelijk inzicht
Combinatie met andere aandoeningen
[bewerken | brontekst bewerken]Verschillende bronnen melden dat dyspraxie voor kan komen in combinatie met andere aandoeningen. Hieronder zijn er een paar genoemd.
- Autisme
- ADD (aandachtstekortstoornis, in het Engels attention deficit disorder)
- ADHD (aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit, in het Engels attention deficit hyperactivity disorder. De combinatie van developmental coordination disorder met ADHD wordt ook wel aangeduid met de term DAMP-syndroom)
- Hypoactiviteit
- Afasie
- Dyscalculie
- Dysfasie
- Dysgrafie
- Dyslexie
- Foetaal alcoholsyndroom (FAS)
- Gedragsstoornissen
- NLD
- Taalontwikkelingsstoornis (TOS)
(niet-verbale leerstoornissen)
Andere termen
[bewerken | brontekst bewerken]Andere termen zijn 'Developmental Dyspraxia', 'Sensory Motor Disorder', 'Sensory Integration Dysfunction', 'Perceptuo Motor Difficulty', en in combinatie met ADHD: 'Damp'.
- Dit artikel is in zijn oorspronkelijke vorm overgenomen met toestemming van www.adhdxtra.nl
Referenties
- ↑ a b [1], kinderneurologie.eu. Gearchiveerd op 21 april 2022.