Naar inhoud springen

haarpunt

Uit WikiWoordenboek
  • haar·punt
enkelvoud meervoud
naamwoord haarpunt haarpunten
verkleinwoord haarpuntje haarpuntjes

de haarpuntv / m [1]

  1. het uiteinde van een haar
     Ik ging in een hoekje zitten, uit de tocht, en keek naar de druppels die van mijn haarpunten gleden, terwijl ik verlangde naar onze warme haard en het gebabbel van mijn zuster.[2]
     ‘Wijzig de volgorde van de producten. Begin met een shampoo, die opent de schubben en reinigt het haar. Vervolg met een masker dat herstelt, voedt en verzorgt. Eindig met een conditioner die dient om de haarpunten af te sluiten. Je gaat het haar openen en reinigen, verzorgen en sluiten. Een shampoo zal je wortels verzorgen, een conditioner de lengtes.’[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Danielle Teller (vert. Marja Borg)
    “Er was eens iets anders” (2018), Ambo/Anthos uitgevers op Wikipedia, ISBN 9789026346477
  3. Bronlink geraadpleegd op 19 mei 2022 Weblink bron
    15/06/2018
    “Tips van de beautyexpert: ‘Was je haar niet te vaak, zeker niet alle dagen’” (Kim De Craene), De Standaard