intriest

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  intriest    (hulp, bestand)
• IPA: /ˈɪntrist/

Woordafbreking

• in·triest

Woordherkomst en -opbouw

• intensiverende afleiding van triest (bijvoeglijk naamwoord) met in- (versterkend voorvoegsel)

	stellend
onverbogen	intriest
verbogen	intrieste
partitief	intriests

Bijvoeglijk naamwoord

intriest

1. heel verdrietig

   • In tegenstelling tot wat de titel wellicht bij u oproept, is Morgenster van Ellen Tijsinger een intriest verhaal. 

Synoniemen

• dieptriest

Opmerkingen

Er bestaat geen vergrotende of overtreffende trap, maar er is wel een nog verder versterkte vorm: in- en intriest.

Hyponiemen

• (intensivering) in- en intriest

Gangbaarheid

• Het woord intriest staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "intriest" herkend door:

85 %	van de Nederlanders;
91 %	van de Vlamingen.