Naar inhoud springen

interest

Uit WikiWoordenboek
  • in·te·rest
enkelvoud meervoud
naamwoord interest interesten
verkleinwoord - -

de interestm

  1. (financieel) percentage vergoeding voor geleend geld of andere zaken
87 % van de Nederlanders;
87 % van de Vlamingen.[4]


interest

  1. interesseren

interest

  1. interesse
  2. belang
    «They advance corporate interests
    Zij bevorderen de belangen van het bedrijfsleven.
100 % van de Amerikanen;
98 % van de Britten.[1]


interest m

  1. (juridisch) schadevergoeding, schadeloosstelling